Programma 1 - Samenleving

1.1.3 Voor wat betreft de resultaten op sociale kwaliteit (overlast door personen) zijn we niet op koers. Voor het 2e achtereenvolgende kwartaal zijn de cijfers gestegen:
De cijfers laten een toename zien; dit heeft met name te maken met de intensivering van de inzet van politie. Deze inzet wordt ook gemuteerd in Basisvoorziening Handhaving (BVH). Aan de hand van een evaluatie blijkt dat de daadwerkelijk ervaren overlast van dak en thuislozen, personen met verward gedrag en drank en drugsoverlast in de binnenstad is afgenomen. Het gevolg is dat de geïntensiveerde inzet door de gemeente en politie en het openbaar ministerie blijft (1-Overheidsaanpak). Het betreft dus zowel de inzet van preventieve maatregelen op het gebied van inrichting van de binnenstad, het houden van toezicht door de boa’s, maar ook door de samenwerking met de zorgpartners als de repressieve aanpak zoals die vorm heeft met de politie en het openbaar ministerie.”
1.3.2 We signaleren een risico omdat we momenteel nog geen data hebben om deze prestatie structureel te monitoren. De inrichting van die monitoring maakt onderdeel uit van de bestuurlijke opdracht Samen055.
1.3.4 De samenwerking met de organisatie die kinderen leert zelfstandig te reizen loopt niet goed op dit moment. Er zijn te weinig vrijwilligers om kinderen te begeleiden waardoor we momenteel geen kinderen kunnen doorverwijzen. Het risico is dat we daardoor dit jaar niet het streven van 20 leerlingen halen.
1.4.4 Wanneer de gemeenteraad het incidenteel (4 jaar) beschikbare budget in de MPB 2025-2028 structureel toekent, kan de intensivering en nadere inrichting van het welzijnswerk worden geborgd. Over die toekenning is op dit moment nog geen duidelijkheid.

2.1.2 De raad wordt in november 2024 geconsulteerd. De daadwerkelijke nota wordt in het eerste kwartaal 2025 aan de raad aangeboden. Planning wijkt af omdat het wervingsproces van het bureau dat het proces begeleidt, meer tijd in beslag nam dan aanvankelijk gepland was.

3.1.2 In de gemeente Apeldoorn is er een daling te zien van het relatieve verzuim terwijl het landelijk gemiddelde juist steeg. Net als bij andere grote gemeente ligt het relatief verzuim binnen Apeldoorn, ondanks de daling, echter nog altijd boven het landelijk gemiddelde. We willen gaan werken aan de beweging “van leerplicht naar leerrecht” en samen met scholen en samenwerkingsverbanden werken we aan “van verzuim naar schoolaanwezigheid”.   

3.1.4 Inzet op deze prestatie is later gestart dan gepland vanwege capaciteitsgebrek. Dit wordt nu opgepakt. Het streven is nog steeds dat in het schooljaar 2024-2025 leerlingen toegang krijgen tot activiteiten na schooltijd, maar dit zal waarschijnlijk wat later in het schooljaar plaatsvinden.

3.3.1 Planning: De werving voor de projectleider duurde langer dan gepland, per juni 2024 is de projectleider IHP-projecten gestart. Werving voor een projectmanager start binnenkort.
Risico's: De uitvoering en het tempo van de geplande projecten in het uitvoeringsprogramma van het IHP 2024-2039 hebben momenteel een achterstand van een half jaar opgelopen. Een bijkomend risico is de vaste invulling van projectmanager, als die niet op korte termijn gerealiseerd wordt, kan dit leiden tot verdere vertraging van projecten.

3.4.2 De subsidieregeling heeft door enkele juridische vraagstukken wat langer op zich laten wachten. Wij hebben de regeling in april vastgesteld en deze is op een bredere doelgroep van toepassing, namelijk kinderen uit gezinnen die geen beroep kunnen doen op kinderopvangtoeslag. In mei is deze gepubliceerd en sindsdien kunnen organisaties voor kinderopvang aanvragen doen. In juni is de regeling gewijzigd omdat eenmansbedrijven onbedoeld waren uitgesloten van subsidie. Dit is ondertussen hersteld. De bekendheid van een nieuwe subsidieregeling kost tijd. Het is dus de vraag of we het aantal van 90 kinderen dit jaar bereiken.

5.1.1 Op risico, planning en financiën wordt een afwijking gerapporteerd. De planning verloopt niet volgens het oorspronkelijke landelijke implementatieplan. Onder andere vanwege latere bekendmaking van stukken door het Rijk. Hierdoor lopen wij als gemeente vertraging op. Daarbij is het onzeker of we de ingeboekte besparing in latere jaren zullen gaan realiseren, waarbij wij zien dat de huidige kosten stijgende ontwikkelingen binnen de Jeugdzorg haaks staan op de opgelegde besparing. Daarmee lopen we het risico dat de verplicht ingeboekte besparing met ingang van 2025 voor € 4,5 miljoen en 2026 van € 10 miljoen structureel, niet haalbaar zal zijn. Van de € 10 miljoen is tenminste € 6 miljoen met onzekerheid omgeven. Dit kan oplopen, vanwege het risico op verschuiven van kosten in plaats van vervallen en maatregelen waar al invulling aan wordt gegeven zoals POH’s welke al grotendeels zijn ingevoerd. Met het risico dat we de taakstelling vanaf 2025 niet zullen realiseren wordt er een afwijking op financiën gerapporteerd, ondanks dat er voor 2024 geen taakstelling volgt vanuit de Hervormingagenda. We verwachten dit jaar fors buiten de afgegeven bandbreedte te treden en het niet halen van de taakstelling vanuit de Hervormingsagenda met ingang van 2025 betekent nog eens een aanvullend tekort. Het risico van vertraging en op financiën zien we als een meerjarig risico. In september zal de raad worden geïnformeerd over zowel de financiële als inhoudelijke ontwikkelingen rondom de Hervormingsagenda.

5.1.5 De regionale productbeschrijving voor Werkt Mee zal moeten worden aangepast waardoor er uitbreiding ontstaat voor jeugdigen (16-18 jaar). Het aanpassen van de regionale productomschrijving kon in 2024 niet eerder dan het proces dat nu doorlopen wordt. Dit betekent echter wel dat op zijn vroegst op 1 januari 2025 de regionale productomschrijving is aangepast. Het lukt dus niet meer om de prestatie in 2024 te realiseren.