Pitch
Op dit taakveld is sprake van een nadeel ad circa € 1,8 miljoen. Dit bestaat uit een voordeel op een de stelpost overhead-bedrijfsvoering (€ 0,5 miljoen nadeel) en de stelpost energie (€ 0,8 miljoen voordeel) en een nadeel van € 2,2 miljoen op risico-uren.
Lasten | Baten | Bedragen x € 1.000) | |||||
---|---|---|---|---|---|---|---|
Omschrijving | Bedrag | V/N | Bedrag | V/N | I/S | Saldo | V/N |
Stelpost overhead bedrijfsvoering | -517 | N | I | -517 | N | ||
Stelpost energie | 840 | V | S | 840 | V | ||
Risico-uren | -2.176 | N | I | -2.176 | N | ||
Overige verschillen onder de rapportagegrens van € 300.000 | 54 | V | I | 54 | V | ||
Totaal | -1.799 | N | 0 | -1.799 | N |
Detail
Stelpost overhead bedrijfsvoering (€ 517.000 N)
Dit betreft een stelpost binnen de bedrijfsvoering wegens overhead die niet doorbelast wordt. Deze stelpost is al een aantal jaren in de begroting opgenomen en zal ook in 2024 niet worden gerealiseerd. In 2024 zal een definitieve oplossing voor deze problematiek worden gezocht.
Stelpost energie (€ 840.000 V)
Op basis van voorlopige energieprijzen 2024 zijn de energiebudgetten gecompenseerd voor de sterk gestegen energieprijzen vanaf 2022. Deze compensatie is lager doordat de stijging van de energieprijzen op een lager niveau lijkt te stabiliseren. Ook is er compensatie aan Zwembad Sprenkelaar verstrekt. In totaliteit leidt dit tot een voordeel van € 840.000. In de MPB 2025-2028 worden de energiebudgetten op basis van de definitieve energieprijzen structureel gecompenseerd en vervalt de stelpost. Vooruitlopend hierop is in het Nieuw-voor-Oud traject rekening gehouden met een vrijval van € 500.000.
Risico-uren (€ 2.176.000 N)
Risico-uren hebben betrekking op salaris- en overheadkosten die niet op voorhand zijn gedekt in de begroting. Deze kosten moeten worden 'inverdiend'; wat wil zeggen dat deze kosten gedurende het jaar worden toegerekend aan taakvelden of daaraan gerelateerde projecten. Omdat deze (project)inzet en daarmee de dekking op voorhand niet bekend is, worden dit risico-uren genoemd.
Voor 2024 verwachten we een nadeel van € 2,2 miljoen op de risico-uren. Dit nadeel bestaat uit:
- een prijsverschil van circa € 600.000
Het prijsverschil wordt veroorzaakt door de hogere uurtarieven van externe medewerkers ten opzichte van het interne tarief als gevolg van de situatie op de arbeidsmarkt gecombineerd met het specifieke karakter van de benodigde expertise. Middels sturing op raamovereenkomsten en het in dienstnemen van medewerkers wanneer mogelijk wordt hierop bijgestuurd.
- meer uren verantwoord op werkzaamheden voor algemene dienst dan begroot voor circa € 1 miljoen
Het nadeel als gevolg van meer uren voor werkzaamheden voor algemene dienst komt o.a. door de omvang van het aantal projecten in de initiatieffase welke niet worden doorbelast. De sturing op risico-uren wordt verder verbeterd op zowel proces als prioritering.
- een nadeel als gevolg van de huidige systematiek voor projecten gericht op reguliere vervanging van de openbare ruimte (VAT-systematiek) € 600.000.
Op dit moment wordt een vast percentage van de vervangingsinvesteringen ingezet voor dekking van de benodigde ureninzet. Onderzocht wordt of deze systematiek nog passend is en voldoende aansluit bij de huidige omstandigheden.
Op dit moment loopt er een project met als doelstelling de systematiek voor de doorbelasting van risico-uren te vereenvoudigen en de sturing te optimaliseren. Oplevering van het advies wordt verwacht in het najaar van 2024. De beoogde implementatiedatum is 1 januari 2025.